Kleurtypes; wellicht heb je er al eens over gehoord. Iedereen heeft een kleurtype dat vertelt welke kleuren je goed staan en welke kleuren je beter kunt vermijden. Dit kleurenpalet wordt onder andere bepaald door je huidskleur en de natuurlijke kleur van je haren en ogen. In dit artikel vertellen we je alles over de kleurtypes en kun je zelf ontdekken welk kleurtype jij bent!
Stap 1: Warm of koud
De eerste stap is bepalen of je een warm of koud type bent. Dit wordt bepaald door de ondertoon van je huid, waarbij je aders een belangrijke pijler zijn. Je kunt dit ook bepalen door zilveren of gouden sieraden te proberen. Haal die oorbellen zilver en gouden armbanden dus maar uit de kast!
Warme ondertoon
Ben je in de zomer snel bruin én lijken de aders op je pols wat groenig? Staan gouden sieraden jou het beste? Dan heb je een warme ondertoon.
Koude ondertoon
Staat zilver jou het beste en lijken de aders op je pols blauwig? Je hebt dan een koele ondertoon.
Stap 2: lichte of donkere kleurtint
Nu je weet of je een koele of warme ondertoon hebt, is het tijd om te bepalen of je een lichte of juist donkere kleurtint hebt. Hiervoor kijken we naar de natuurlijke kleuren van je haar en ogen.
Lichte kleurtinten
Je oogkleur is lichtblauw, blauwgrijs, lichtbruin, donkergrijs of zwart. Je haarkleur is licht tot donker asblond, asbruin, grijs, zwart met blauwige gloed of kastanjebruin zonder rode gloed. Heb je een combinatie van deze kleuren? Dan ben je het zomer- of lentetype.
Donkere tinten
Je oogkleur is (olijf)groen, licht tot donkerbruin, blauw met gele rand of hazelnootbruin. Je haarkleur is licht tot goudblond, warm rood, koper of diep kastanjebruin. Een combinatie van deze kleuren maakt je een herfst- of wintertype.
Jouw kleurtype
Herfsttype
Herfsttypes hebben een warme huidskleur (of een bleke huid met sproetjes) met rood of donker haar. Jouw kleurenpalet bestaat uit aardetinten, zoals de kleur van herfstbladeren. Kleuren die je beter kunt vermijden: felle kleuren en blauwtinten.
Wintertype
Het wintertype heeft een bleke huidskleur (koele ondertoon), met donker haar en blauwe, groene of bruine ogen. Koele kleuren staan je het mooiste, zoals kersenrood, smaragdgroen, koningsblauw en magenta. Kleuren die je beter kunt vermijden zijn aardetinten en pasteltinten.
Lentetype
Lentetypes hebben een warme huidskleur en goudblond of lichtbruin haar met bruine of groene ogen. Warme kleuren staan jou goed, zoals oranje, koper, roodoranje, crème en heldergroen.
Zomertype
Zomertypes hebben een bleke huidskleur (koele ondertoon), lichtblonde tot lichtbruine haren en lichtblauwe, groene of grijze ogen. Blauw is een basiskleur voor jouw garderobe, maar ook pastelkleuren staan je goed. Warme kleuren, goud, koper of oranje kun je beter vermijden.
